15 augustus 2013

Yoga voor introspectie en stilte

Yoga voor introspectie en stilte

Een vooroverbuiging opent de volledige achterkant van je lichaam. Je buigt de voorkant van het lichaam naar jezelf toe, waardoor je meer uitgenodigd wordt voor introspectie en stilte. De houding op de foto is een vooroverbuiging.

Door vooroverbuigingen wordt de buitenwereld ‘afgeschermd’ en de aandacht naar binnen gericht. Hierdoor zijn deze houdingen niet alleen een loslaten op het gebied van spierspanning, maar ook het loslaten van beelden in de geest. Het zijn dan ook ideale houdingen om de bewegingen van het eb en vloed van de geest te onderzoeken.

Adem in vooroverbuiging

Als je in deze houding bent kun je ook gaan kijken naar het ruimte krijgen van de adem in deze houding. De borst en ribben die zijwaarts uitzetten, omdat de buik vaak minder ruimte heeft tegen de bovenbenen aan, waardoor de adem meer naar de zijkant en achterkant van het lichaam gedwongen wordt. Uitademend verdiep je de vooroverbuiging en ontspan je de beenspieren, inademend is er aandacht voor het verlengen van de (boven)rug.

Bij het volgen van de soepele beweging van de adem kun je ook meer inzicht krijgen in de houding en in jezelf. Via de adem kun je ontspannen in een houding, ruimte en energie krijgen en uiteindelijk de houding misschien ook nog iets verdiepen. Het innerlijke ritme van je ademhaling kan je gids zijn in deze houding. Het kan je helpen om je geest kalmer te krijgen zodat je weet of de neiging om te (snel) te stoppen klopt of dat dit het spel van je geest is.

Introspectie

Ook de geest kan je tegenhouden in het verdiepen van een vooroverbuiging als deze weerstand oproept tegen het volledig overgeven aan de houding. Als er een neiging is om je door een houding heen te duwen of te trekken of te snel op te geven. Als je de aandacht bij deze weerstanden kunt houden, kun je ze langzaam laten verdwijnen.

Als je de houding kunt verdiepen door steeds minder te doen kun je merken hoe de emoties in je lichaam de psychische inflexibiliteit van je geest kunnen nabootsten. Het is een dans tussen moeite en overgave, tussen afleiding en aandacht. Terwijl trots, verwachtingen en allerlei andere emoties om je aandacht vragen. Als je deze los kunt laten, ontstaat er waarschijnlijk meer ruimte en kun je ook de houding verder verdiepen.

hoe beoefen je paschimottanasana

Hoe beoefen je de tanghouding (patschimotanasana):

Kom zitten met je benen languit voor je. Kom zitten met een rechte rug, stuitje richting aarde, schouders ontspannen. Voel hoe je benen gestrekt op de aarde liggen, tenen wijzen in de lucht. Breng dan op een inademing je armen zijwaarts omhoog tot boven je hoofd. Voel de strekking van je rug en armen, maar ontspan je schouders. Op een uitademing buig je met een rechte rug wat naar voren, navel richting boven benen. Hou hier even vast en voel wat dit met je doet.

Op een volgende uitademing laat je de armen omlaag gaan richting voeten of zover jij kan komen. Laat je handen liggen daar waar ze uitkomen. Hou de rechte strekking van je rug en kijk of je op elke uitademing je navel nog iets meer richting je bovenbenen kunt krijgen. Als je romp niet verder naar voren gebogen kan worden ontspan dan je schouders en laat je ellebogen richting de aarde zakken. Adem rustig door en laat je hoofd rusten op je knieën, onderbenen of rust ontspannen in het verlengen van je rug.

Introspectie en stilte

Hou de aandacht bij het overgeven aan deze houding bij de adem. Kan je stabiliteit en gemak in deze houding vinden? Wat gebeurt er in je geest? Vind je van alles van jezelf en deze houding of kun jij je er aan overgeven. Kijk eens of je op elke uitademing misschien een millimeter verder je navel richting je benen kunt krijgen.

Laat jezelf een evenwicht vinden tussen het werken in de houding en je eraan overgeven. Wat gebeurt er echt terwijl je in deze houding bent. Kun je met aandacht blijven bij dat wat is?

Adem uit en til voorzichtig je hoofd op, breng de borstkas en armen omhoog, en ontspan de schouders. Breng je bovenlichaam langzaam omhoog. Maak uitademend de rug en nek recht met je kruin naar het plafond gericht, strek je armen en handen omhoog tot in de lucht. Laat de armen op een uitademing rustig naar beneden zakken en leg de handen naast je lichaam. Op de volgende uitademing laat je de onderrug bol worden en laat je de rug wervel voor wervel op de grond zakken – ondersteun met de handen op de grond. Laat het lichaam tot rust komen, laat het helemaal los en voel wat deze houding met je gedaan heeft.